Volgens de Regeling Gebruik Boordcomputer en Boordcomputerkaarten ↗ moet je als chauffeur bij aanvang van de rit de taximodus inschakelen en het begin en einde van de rit invoeren.
Bij het oppikken van een passagier start je een rit in de taxi modus en sluit je deze af met een bruto ritprijs, bepaald door de afgesproken prijs. Als de BCT niet is gekoppeld aan de taxameter, moet je handmatig de bruto ritprijs invoeren.
Het Besluit personenvervoer 2000 vereist dat de BCT gegevens registreert, zoals:
- Personenvervoer nummer,
- Kamer van Koophandel-nummer,
- Chauffeurskaart nummer,
- Datum en tijdstip van elke rit,
- Vertrek- en aankomstlocatie,
- Afstand en prijs van de rit, inclusief toeslagen.
Als chauffeur moet je elke taxirit registreren in de Boordcomputer Taxi (BCT), ongeacht het type vervoer.